De kantonrechter Maastricht deed een uitspraak over verlaging van de temperatuur in een huurappartement. Het ging om een complex met een collectieve verwarming. De verhuurder had maximum temperaturen ingesteld. Overdag 22 graden. En ’s nachts maximaal 19 graden.

“De huurder vond de nachttemperatuur te koud.”

Aanvaardbaar niveau

De kantonrechter vindt dit acceptabel en zegt: “De doorsnee huurder maakt gedurende de nacht niet op een zodanige wijze gebruik van het gehuurde dat de verlaagde stand als een probleem zal worden ervaren. Verwarming tot 19 graden gedurende de nacht is objectief gezien van een aanvaardbaar niveau c.q. comfortabel te achten en levert geen verminderd huurgenot op”.

Warmtewet

Niet alle huurrecht deskundigen zijn het met deze rechter eens. Zo valt op dat de rechter de Warmtewet zonder toelichting buiten beschouwing laat. In de Warmtewet staan geen weliswaar geen specifieke temperaturen genoemd, maar wel staat daar de plicht tot “betrouwbare levering van warmte tegen redelijke voorwaarden”. Ook acht de kantonrechter zich niet gebonden aan het beleid van de Huurcommissie. Dat beleid (het ‘gebrekenboek’) past de huurcommissie toe als de huurder huurverlaging vraagt vanwege een gebrek. In dat beleid staat een minimum van 20 graden (woonkamer) en 22 graden (badkamer).

Meer interesse in actuele jurisprudentie? Kijk dan eens bij de cursus huurrecht verdieping en actualiteit of start met de basiscursus huurrecht

Anky Kloosterman
Anky Kloosterman

Ik beschouw het als mijn missie om de wet te vertalen naar de verhuurpraktijk en daarbij juridische teksten begrijpelijk te maken voor iedereen. Ik ga voor kwaliteit en draai geen standaard verhaal af. Ik sluit aan bij jouw ervaring en vragen. Aan het eind van zo’n cursusdag blijkt het huurrecht (anders dan verwacht) toch niet saai te zijn.